
”Mensen halen hun tuinstoelen naar binnen als het koud en nat wordt. Dat kun je ook met kippen doen”, tekent het AD op uit de mond van Kees de Jong van de vakgroep pluimveehouderij van LTO/NOP. Hij doelt op de jaarlijks terugkerende ophokplicht voor vrije uitloop hennen, zodra er in Nederland vogelgriep is uitgebroken in een kippenschuur. De Jong wil daar niet op wachten en vindt dat de kippen tegelijk met de tuinstoelen naar binnen moeten.
Voor de hand liggende reactie zou zijn: kippen zijn nu eenmaal geen tuinstoelen. Maar dat is iets te simpel geredeneerd. De uitspraak van De Jong vraagt om een wat uitgebreider feitenrelaas. Want onder het mom van een ogenschijnlijk volstrekt redelijk verzoek – sta ons toe de kippen eerder op te hokken in plaats van te wachten totdat de overheid die maatregel oplegt – laten de vertegenwoordigers van de pluimvee-industrie stelselmatig na het hele verhaal te vertellen.
Gedupeerde van dit halve verhaal is, behalve de kip, ook de consument. Die weet niet beter en denkt dat pluimveehouders met vrije uitloopkippen groot onrecht wordt aangedaan, doordat ze hun dieren naar buiten moeten doen, terwijl dat eigenlijk niet verantwoord is. Daar bovenop wordt ingespeeld op een schuldgevoel: het zou volgens de pluimveehouders de wens van de consument zijn dat de kippen een vrije uitloop hebben gekregen.
Wat moet je weten om te begrijpen wat hier aan de hand is?
Eerste helft van het verhaal
a. Pluimveehouders met vrije-uitloopkippen vangen een paar cent meer voor een ei dan houders van gangbare scharrelkippen die dag en nacht in een stal verblijven. Dat kan, afhankelijk van de eierprijzen en de omvang van het bedrijf, gaan om een toeslag van zo’n 10.000 euro per week.
b. Die toeslag verdween tot voor kort zodra de kippen langer dan zestien weken vanwege aanhoudende vogelgriep niet naar buiten konden. De pluimveehouders mochten hun eieren dan niet langer verkopen als vrije uitloop. Dit is zo vastgelegd in EU-regels.
c. Die paar cent extra voor uitloopeieren wordt (grotendeels) betaald door de consument.
d. Elk jaar is er in tijden van vogelgriep gekissebis tussen pluimveehouders met vrije-uitloopkippen en houders van gangbare scharrelkippen. Dat heeft ermee te maken dat beide soorten eieren in hetzelfde schap liggen en de vrije-uitloopeieren de gangbare eieren verdringen, zodra ze afgewaardeerd worden. Maar ook met kinnesinne van de gangbare pluimveehouders dat hun collega’s gedurende 16 weken meer vangen voor hun eieren, terwijl de uitloopkippen niet naar buiten gaan.
e. Een jaar geleden heeft de EU een nieuwe verordening opgesteld zonder een maximale ophoktermijn. De eieren mogen sindsdien ondanks dat de dieren binnen blijven toch als eieren van hennen met vrije uitloop in de handel worden gebracht. Wel moet er sprake zijn van een officiële ophokplicht.
f. De vrije uitloopboeren pleiten nu voor een ophokplicht die gelijk loopt met het trekseizoen van wilde vogels, van najaar tot voorjaar dus. Daarin voorziet de EU-verordening nu nog niet.
Tweede helft van het verhaal
Het lijkt allemaal logisch, maar in de eerste helft van het verhaal ontbreken drie essentiële punten. De tweede helft van het verhaal.
g. Pluimveehouders met vrije uitloop kippen beschikken in de meeste gevallen over een overdekte uitloop, waar de kippen frisse lucht kunnen inademen. Die overdekte uitloop mogen ze meerekenen als stalruimte, mits deze overdag permanent toegankelijk is. In veel gevallen gaat het om ongeveer meer dan 20% van het vloeroppervlak van de stal.
h. Dankzij de ruimte in de overdekte uitloop kunnen pluimveehouders met vrije uitloop meer kippen houden, ongeveer een vijfde meer.
i. Aangezien de overdekte uitloop slechts is afgeschermd door licht- en luchtdoorlatend windbreekgaas en niet hermetisch valt af te sluiten, wordt deze doorgaans om alle risico’s te vermijden gesloten in tijden van vogelgriep. De kippen moeten dan helemaal naar binnen, waardoor de maximale bezettingsgraad van 9 hennen per vierkante meter ruim wordt overschreden.
Kippen van vrije-uitloopboeren hebben als er vogelgriep heerst niet meer leefruimte, maar juist minder dan de gangbare scharrelkippen. Ze zijn dus slechter af. Desondanks pleit BBB-senator en vertegenwoordiger van de pluimveeindustrie Gert Jan Oplaat voor een ophokplicht die gelijk loopt met het trekseizoen van wilde vogels. Zonder dat de pluimveehouder zijn bonus voor vrije uitloop of biologisch eieren kwijt raakt.
Nepeieren
De zogenaamde vrije uitloopeieren zijn dus gedurende het vogeltrekseizoen aan te merken als nepeieren. Consumenten zouden kunnen weigeren daar meer voor te betalen dan voor gewone scharreleieren. Ze zouden ook kunnen eisen dat de kippen binnen meer ruimte krijgen, zodat er geen overbezetting ontstaat op het moment dat alle dieren naar binnen moeten.
Laatste nieuws
Blije Kip en Jumbo moeten hun doosjes aanpassen van de Reclame Code Commissie. Reclame op de verpakking die verwijst naar vrije uitloop terwijl er een ophokplicht geldt, is misleidend. Foodwatch, de organisatie die de zaak aanhangig had gemaakt en spreekt over oplichterseieren, gaat onderzoeken of de doosjes worden aangepast.
Wat is het beste voor mijn pluimvee?
Ik heb kippen, parelhoenders en wat grotere pluimvee.
Voldoende ruimte in de 2 hokken.
Veel ruimte binnen en vooral buiten!
Er geldt een landelijke ophok- en afschermplicht. De commerciële bedrijven moeten ophokken, hobbymatige houders kunnen volstaan met afschermen.