‘‘We zullen naar nieuwe woorden moeten zoeken’’, zei Denker des Vaderlands Marjan Slob nog niet zo lang geleden over de veranderingen die gaande zijn in het denken over de relatie mens-dier. Ze noemde geen voorbeelden en ik vermoed dat ze niet doelde op bijvoorbeeld het woord ‘‘vreten’’.
Dit woordgebruik is simpel te veranderen. Het is niet zo moeilijk om zowel bij mens als dier het woord ‘‘eten’’ te gebruiken. Veel verschil is er althans niet tussen een varken dat brokjes uit een voerbak hapt en een mens die een stuk vlees in zijn mond propt. Vreten is volgens Van Dale gulzig of veel eten. Zowel mensen als dieren kunnen vreten. Dus kunnen ze ook beiden eten, lijkt mij.
Lastiger wordt het als we het over de talrijke eufemismen hebben, waarvan de veehouderijsector zich gretig bedient. Mestvarkens heten tegenwoordig vleesvarkens of gebruiksvarkens. Een hok met ijzeren stangen waartussen een zeug klemvast op de grond ligt, heet een kraambox. Als dieren massaal worden gedood vanwege een dierziekte, spreekt men over ruimen. Koeien met een afnemende melkproductie die naar het slachthuis gaan, worden eindecarrièrekoeien genoemd. Varkens met verwondingen, zijn in het jargon van veetransporteurs oranje varkens. Een baal hooi in een varkenshok waar voor het dier niets te beleven valt, wordt verrijkingsmateriaal genoemd. En een pluimveestal waarin 10.000 kippen leven op een stalen constructie met roosters en mestbanden heet volièrehuisvesting.
Je reinste misleiding
Het jargon van de veehouderijsector zit vol met dit soort woorden. Het is meer dan verhullend taalgebruik. Er wordt een valse voorstelling van zaken gegeven. Het is je reinste misleiding. Schrijver Carolina Trujillo ergert zich er groen en geel aan. In haar NRC-column van 16 augustus 2024 bekritiseert ze deze vorm van oplichting, naar aanleiding van berichten in de media over couperen. Een Frans woord dat de industrie gebruikt voor het onverdoofd afbranden van gevoelige biggenstaarten, aldus Trujillo. Ze wijst op andere woorden die al volstrekt ingeburgerd zijn.
’’Dat koeien melk ”geven” moet wel het oereufemisme zijn. Koeien ”geven” geen melk, die melk wordt uit hen gezogen, schrijft Trujillo. Ze maken het voor hun baby’s die door mensen geroofd worden. ”Leveranciers van zuivel” worden ze ook wel genoemd. ”Wie zijn zuivelleverancier probeert te flikken wat de zuivelindustrie koeien flikt, eindigt geheid in de boeien. Hem onder dwang bevruchten, om iets te noemen.’’
Trujillo introduceert een nieuw woord: ‘‘veehouderijleugens’’. Ook dat is een woord waarop Marjan Slob, toen ze het erover had dat we naar nieuwe woorden moeten zoeken, waarschijnlijk niet doelde. Maar misschien moeten we eerst van die valse voorstelling van zaken af, voordat we nieuwe woorden kunnen bedenken. Woorden van buiten het bestaande systeem, die uitdrukking geven aan een gelijkwaardige relatie tussen mens en dier. Een systeem waarin geen sprake is van mishandeling en uitbuiting. Waarin niet gesproken wordt over ”stuks vee” en ”veestapel”. Die nieuwe worden komen vast vanzelf als we weigeren de oude woorden nog langer te gebruiken.
Totaal idioot als we zo doorgaan staat de mens zometeen onder het dier.
Veehouders houden van hun beesten er wordt op humane manier goed voor gezorgd maar er is ook zeker een salariëring.
De agrarische en veehouderij liggen nu eenmaal in het verkeerde hoekje.
Idioot ook de uitdrukking tegen hun wil zwanger gemaakt!!!!!!
Als heel deze sector kapot gemaakt wordt belanden we allemaal in hongersnood!
Jammer en oerdom dat er altijd mensen zijn die nog denken dat die sector moet verdwijnen!!
A.R.van de Pol Nieuwenhuis